Generatieve AI-tools zoals chatbots, beeld- en stemgeneratoren zorgen voor ethisch controversiële situaties: schendingen van auteursrechten, deepfakes en meer. Veel kunstenaars en creatievelingen maken zich zorgen over de originaliteit van werken die door AI-platforms worden gegenereerd. Als het vermogen van een AI om kunst te maken voortkomt uit het leren van miljoenen menselijke kunstenaars, wie moet dan de eer, controle of compensatie krijgen voor wat de AI produceert? Dit leidt tot een bredere vraag: welke vormen van AI hebben we écht nodig? Op 13 juni 2025 organiseerde het Waag-team van HAMLET een panel tijdens de PublicSpaces conferentie in Amsterdam, getiteld 'Creating Responsible AI Tools with Artists', waar deze vragen werden besproken.
Tijdens het panel bespraken Joumana Mourad, artistiek directeur van IJAD Dance Company, James Patton, onafhankelijk ontwerper van narratieve games, Flavia Dzodan, lector algoritmische culturen, en Sabine Roeser, hoogleraar ethiek van opkomende technologieën, kunst als een ethische praktijk bij het creëren van AI-tools.
AI en dans
Joumana Mourad sprak over het OOTFest25 (Open Online Theatre Festival), waar dansers en choreografen AI gebruiken om soma-esthetische creativiteit te versterken, waarbij ze werken met het lichaam, sensaties en emoties. Voor Mourad is AI geen vervanging, maar een tool die wordt gevormd door de verbeelding van de maker. Kunstenaars moeten AI begrijpen om er kritisch en productief mee te kunnen werken.
Een marxistisch perspectief
James Patton benaderde de discussie vanuit een marxistisch perspectief en plaatste AI in een lange reeks van technologieën die arbeid en creativiteit hebben verdrongen, zoals machines in fabrieken, camera's en opnameapparatuur. Hij herinnerde ons eraan dat de bescherming van creatieve arbeid historisch gezien tot stand is gekomen door collectieve actie en vakbondsvorming. Een belangrijk voorbeeld hiervan is de invoering van royalty's, die voortkwam uit vakbondsorganisatie als reactie op de uitvinding van opnametechnologie. James stelde dat er in de huidige ontwikkeling van AI op creatief gebied vergelijkbare collectieve beschermingsmaatregelen nodig zijn om makers te beschermen tegen kapitalistische omheining.
AI als infrastructureel regime
Flavia Dzodan lichtte haar onderzoek toe naar affective logistics en de infrastructuur van algoritmische technologieën. Affective logistics is een term die het hedendaagse infrastructurele regime beschrijft waarmee emoties worden geoperationaliseerd, omgeleid en geoptimaliseerd. Dit kan vele vormen aannemen, van gebruikersinterfaceontwerpen die afhankelijkheid creëren tot biometrische surveillancesystemen die beweren te kunnen bepalen of een vluchteling liegt. Volgens Dzodan hebben de meeste mainstreamdiscussies over AI de neiging om al het algoritmische werk op één lijn te stellen. Dit zet kunstenaars onder druk om deel te nemen aan de extractieve en uitbuitende praktijken van grote technologieplatforms. Ze waarschuwde ook dat de algoritmen en AI-systemen die gegevens van mensen vastleggen en gebruiken om de kans op criminaliteit te voorspellen, zeer problematisch en schadelijk zijn.
Verbeelding en empathie door kunst
Sabine Roeser benadrukte dat AI-systemen vaak bestaande vooroordelen weerspiegelen en zelfs versterken, wat schadelijke gevolgen kan hebben voor de samenleving. Een treffend voorbeeld hiervan is de Toeslagenaffaire, waarbij racistische vooroordelen in het AI-systeem waren ingebouwd en leidden tot discriminerende beslissingen. Roeser stelde dat emoties van cruciaal belang zijn voor ethisch oordeelsvermogen en dat kunst op een unieke manier verbeeldingskracht en empathie bevordert, waardoor mensen zich alternatieve toekomsten kunnen voorstellen.
De sprekers benadrukten gezamenlijk dat kritische artistieke interventie nodig is bij het ontwerpen, bouwen en toepassen van AI-systemen. We moeten ons de Hamletiaanse vraag stellen: AI of geen AI? Zo ja, waarvoor, voor wie, hoe en tegen welke prijs?




